maandag 1 november 2010

Op reis naar de Selva! (21-27 oktober)

Hola!
Ik heb net een enorm leuke week achter de rug. Samen met de drie andere Belgen kregen we de kans om mee te gaan op schoolreis met kindjes van 11 jaar. Dat heet hier een viaje de promoción, ofwel afstudeerreis. De reis was met een bus die heel hard hobbelde (vooral vanachter waar wij zaten), wat soms grappig was omdat je alle hoofden rond je constant omhoog en omlaag zag gaan, ook van mensen die sliepen, maar soms als er een oneffenheid in de weg was, vlogen we wel hoog in de lucht. Wat af en toe best pijnlijk was... Belg Wouter is de laatste dag zelfs tot tegen het plafond gevlogen!
De reis begon om tien uur ’s avonds, toen we vertrokken naar Chiclayo, een stad aan zee. Tot daar moesten we normaal maar 6uur rijden maar we waren er toch pas na 9 uur omdat we verkeerd zijn gereden in de nacht. En al die tijd hobbelde die bus maar… Onmogelijk om te slapen! Op de bus was ook geen WC, dus als je er een nodig had, moest je aan de chauffeur vragen om te stoppen en dan stopte die op de vreemdste plaatsen. In de bergen zijn er niet zoveel weg-toiletten, dus soms moest je gewoon achter de bus plassen, of in een steegje, of als er dan een wc was –joepie!- dan kon dat evengoed gewoon een klein gat in de grond zijn. 

Toen we dan uiteindelijk in Chiclayo aankwamen,zijn we daar gaan ontbijten. We kregen elk maar twee broodjes, maar gelukkig kwamen we met de Belgen op het idee om eens rond te gaan vragen bij de kindjes of ze niet te veel brood hadden en sindsdien kregen we bij elk ontbijt heel veel broodjes van hun.
 Na het ontbijt zijn we wat gaan rondlopen in de buurt, op zoek naar een winkeltje om water te kopen. We hebben dan ineens wat typische koekjes gekocht en miniatuurflesjes van de Peruaanse dranken, die je normaal alleen in Lima vindt. Ik heb flesjes van drie bieren en van INKA KOLA. Heel leuke souvenirs!
Daarna zijn we met de hele groep naar een museum gegaan. Het onderwerp daar was een of andere Inca-koning en al zijn juwelen stonden daar tentoongesteld. Onder andere zijn hele grote neuspiercing, dat was echt wel de moeite om te zien… Die piercing leek op een gigantische snor, maar dan van goud. Moet pijnlijk geweest zijn!
Verder was er ook een reconstructie van zijn graf, met zijn drie vrouwen die mee begraven waren en ook een kindje, een hond en een bewaker zonder voeten. Zo waren ze zeker dat ze voor eeuwig bewaakt werden, want die bewaker kon dus niet weglopen.
Na het museum zijn we verder gereden naar Tarapoto, wat weer een rit was van ongeveer 20 uur. Onderweg zijn we wel af en toe gestopt aan hele leuke marktjes en in een van de winkeltjes heb ik een niet-banaan gekocht. Dat is een stuk fruit dat krom is als een banaan, maar platter, groter, groener en lekkerder. Heeft de structuur van een boon, maar dan veel groter. Met grote pitten en daarrond het vruchtvlees. Jammie! Drie van die dingen voor 30eurocent. De moeite!
Na een nacht vol hobbelen in de bus en af en toe stoppen om te plassen, kwamen we eindelijk aan in Tarapoto. In een heerlijk hotel! Per vier personen kregen we een bungalow en die van de vier Belgen was toevallig net naast het zwembad. We zijn er dan ook meteen ingesprongen, want Tarapoto is een enorm warme stad. Na het eten en nog zwemmen zijn we dan vertrokken naar een waterval, waar we ons ook heel hard geamuseerd hebben in het water en waar we hele mooie foto’s hebben getrokken. Op een bepaald moment hadden de locals door dat er “Gringo’s” (buitenlanders) waren en toen moesten we nog poseren met allemaal mensen die een foto met ons wouden. Dat was wel grappig.
Aan de waterval kon je ook een kokosnoot kopen met kokosmelk in, dus dat hebben we ook maar gedaan. Lekker en heerlijk verfrissend!
Wat later zijn we naar een andere plek aan een groot meer gegaan om te gaan middageten. Toen ik daar even ging rondwandelen werd ik plots aangevallen door een mango, die uit een hele hoge boom recht op mij viel. Dat was even heel hard schrikken want die mango viel met heel veel snelheid en nét niet op mijn hoofd. Ik was net iets voorovergebogen en hij landde helemaal bovenaan mijn nek. Ik hoorde iets kraken en hopelijk was dat het stuk fruit en niet ik. Maar als die op mijn hoofd was gevallen, was ik wel gewond geweest, zo hard dat dat viel! Ik heb nog de hele dag een mangovormige rode plek gehad in mijn nek. Maar het was de moeite, want het was een heerlijke, sappige en vooral verse mango. Niet te vergelijken met die geïmporteerde uit België!
In de avond zijn we dan weer in het zwembad gesprongen, hebben we gegeten in het hotel en daarna zijn we naar het centrum van de stad geweest. Op het plein (Plaza de Armas) waren een paar mensen geld aan het verdienen door trucjes te doen of mopjes te maken en er was ook een man met een aapje aan een touwtje, wat heel zielig was. Er stond een hele kring rond die mensen en toen één van hen ons opmerkte, riep hij heel luid: Gringo’s! Mensen, zorg goed voor deze toeristen en wees lief voor hen, want dan nemen ze nog veel meer toeristen mee. En toeristen nemen dollars mee! En toen begon hij nog wat mopjes te maken, die hij de volgende dag weer maakte toen hij ons weer zag en de vorige dag al vergeten was.
Na de mopjesman gingen we een stukje taart eten in een restaurantje. Toen zeiden we dat we graag even wouden gaan feesten en plots kwamen de mama’s op het idee om naar een discotheek te gaan: de Anaconda. Ze moesten zich dan natuurlijk nog eerst klaarmaken, dus gingen we terug naat het hotel, waar wij een uur konden zwemmen terwijl de mama’s zich schminkten en er eentje haar meest sexy minirokje aandeed. Een mama op schooluitstap kan wel eens verrassend uit de hoek komen.
We vertrokken dan uiteindelijk in motortaxi naar de Anaconda. De motortaxi’s in Tarapoto zijn echt zalig. Ik denk dat we er in totaal vijf nodig hadden en die waren precies aan het racen. En op bergaf kon dat echt wel heel snel gaan. Terwijl die motortaxi’s helemaal openzijn en je heel de tijd de wind voelt. Ik zat tussen twee mama’s ingeklemd en die waren heel de tijd aan het gillen. Grappig!

Na een dolle rit, kwamen we dan aan de discotheek. Het was een enorme ruimte (of eerder een enorm dak, want het was buiten, anders hou je dat niet echt vol in het tropische Tarapoto)  met kleurrijke lichten en helemaal vol dansende mensen. De mama’s waren in hun element! Heel de avond zaten ze alles te geven en de minirok-mama ging heel de tijd ‘low’. Dan zat de rest maar te roepen: “abajo, abajo, abajo!” Heel grappig!

Het was wel enorm warm in de Anaconda, dus toen we in de nacht terug naar het hotel gingen, zijn we met de vier Belgen in het zwembad gesprongen. Zalig! En daarna konden we heel goed slapen… tot zeven uur ’s morgens want toen begon het ontbijt.
Na een stevig ontbijt waarbij we weer veel brood kregen van de kindjes, vertrokken we voor een twee uur durende rit met busjes naar een groot meer midden in de jungle, dat Lago Azul heette. Het was een avontuurlijke rit, waarbij we in de helft moesten uitsttappen om een overzet te nemen. Heel modern: drie oude kanovormige boten die naast elkaar lagen, waarvan één met een motor die je ziet op van die kleine motorbootjes en op die drie boten was een houten platvorm getimmerd. De drie busjes reden dan over twee halve boomstammen dat ding op en toen waren we klaar om overgezet te worden. Voor wie nu nog geen beeld kan vormen van deze overzetboot: zie foto’s op facebook in de map ‘La Selva’.

Nog een uur later, kwamen we dan eindelijk aan het prachtige meer, dat omringd was met hangmatten. Heerlijk! We zijn meteen gaan zwemmen en wat later vertrokken we met een boot voor een rondje langs de bomen, die veel mooier en gigantischer zijn in een regenwoud dan in Belgie! 
Onderweg hebben we drie apen gezien in de bomen en toen we even uitstapten een grote spin.
Na het boottochtje was het tijd om te eten. Jorden had vis besteld, die wat later met hoofd en al op zijn bord lag. Hij haalde het hoofd eraf en gooide die in de vuilbak, waarna er hevig protest kwam van één van de mama’s die graag vissenhoofden eet. Bijnaam: vissenkop. Ik heb haar wat later wel weer gelukkig gemaakt door haar twee vissenhoofden van het bord van de persoon naast mij te geven. Wat later toonde ze mij twee botjes in de vorm van een schedel. “Kijk, Hanne” ze ze dan om te tonen dat ze alles had opgegeten. Dat deed ze omdat ze wist dat ik niet goed tegen het idee kon van hersenen en ogen eten, maar het was eigenlijk heel grappig. Vissenkop bleek ook verder een heel grappige en leuke vrouw te zijn en we zijn intussen uitgenodigd voor de babyshower van haar dochter, die hoogzwanger is. De babyshower is volgende week en ze is er van overtuigd dat de baby er dan is. Hopelijk krijgt ze gelijk, aangezien haar feestje dus al gepland is…
Na het eten weer veel gezwommen en in de avond zijn we teruggereden met het oncomfortabele busje naar het hotel. Daar natuurlijk weer gezwommen (Tarapoto is echt warm) en in de avond zijn we met alle kindjes weer naar de Plaza gegaan en daarna eens op tijd gaan slapen.
De volgende ochtend werden we wakkergemaakt door een tropische regenbui. Zalig, dat geluid. Het regende enorm hard, met duizenden liters tegelijk, harder dan een douche. Eerder een bad dat uitgekapt wordt. Dat was heel leuk om mee wakker te worden, want wij lagen droog in onze bungalow en we konden langer slapen omdat niemand in die regen buiten kon. Toen de regen dan uiteindelijk opgehouden was, zijn we vertrokken naar Moyobamba, een andere stad in de Selva. Op de bus begonnen plots wat mensen te dansen (natuurlijk eerst de minirok-mama, da’s een echt feestbeest) en toen kwamen er plots allemaal kindjes mij meesleuren naar voor. Hun meester had gezegd: als je Hanne hier brengt om met mij te dansen, hebben jullie geen examens. En die kindjes waren daar heel blij mee!
In Moyobamba kwamen we aan op een plek waar ‘baños thermales’ waren. Baden van 42 en 43 graden. Lekker warm dus.
Daarna reden we verder naar ons hotel, waar in de avond buiten een feestje was met alle kindjes, die wij een voor een op de dansvloer sleurden die heel de avond gedanst hebben en veel plezier gemaakt. Het was de laatste avond in een hotel, daarna zouden we alleen nog slapen in de bus.

De volgende ochtend zijn we naar een centro touristico gegaan, waar een rivier door liep en waar ze heel raar fruit verkochten. Weer drie voor dertig eurocent, dus dat heb ik ook maar eens geprobeerd. Het fruit leek op een soort harde appelsien, maar was gevuld met pitjes met daarrond een slijmerig vruchtvlees. Heel leuk om te eten.
In de rivier hebben we natuurlijk weer gezwommen, wat anders, en veel gespeeld met de kindjes, maar daarna was het gedaan met de pret en begonnen we aan de lange busrit, die tot de volgende ochtend zou duren, wanneer we in Chiclayo aankwamen. Daar gingen we eten en de kingkong-fabriek bezoeken. Kingkong is een typische koek van Chiclayo, met allemaal laagjes van dingen zoals bijvoorbeeld Manjar Blanco, iets heel lekker dat met melk gemaakt wordt.
Na de Kingkong fabriek hadden we een uurtje vrij in de stad. Toen hebben we Marthe gebeld, een meisje dat daar met AFS in Peru zit en met haar hebben we ons dan geamuseerd voor we weer de bus in moesten voor een lange rit naar huis.
Dat was dan het einde van onze heerlijke reis. Natuurlijk hebben we nog veel meer leuke dingen beleefd die ik ben vergeten opschrijven, maar mijn blog is wel lang genoeg intussen.
Tot de volgende!
Hanne